Boer zoekt vrouw 6 februari

    

Elke week kijken meer dan 5 miljoen mensen naar Boer zoekt Vrouw. Ik ken geen

enkele man die ernaar kijkt, behalve ik zelf. Elke zondagavond zit ik om 20.20 stipt

voor de buis, ik geef het maar toe. Een bijzonder leuk programma. Maar goed, ik

voelde gisteravond opeens toch de behoefte om er met een mannelijke blik naar te

kijken. Dus hieronder een korte samenvatting van Boer zoekt Vrouw, aflevering 6.

Neem het vooral niet te serieus zou ik zeggen.

     

Gijsbert is mijn naamgenoot, dus met hem zal ik beginnen. Gijsberts boerderij oogt als een

ongeordende agrarische vuilnisbelt: hier een hoop stront, daar een verdwaald paard, 

verderop een koe die staat te kalveren en ook nog een groentetuin. 

“Welke groente dit is, geen idee!”, zei hij een paar afleveringen geleden lachend, terwijl hij

een struik andijvie-achtig spul afsneed. Gelukkig dat ze er in de supermarkt altijd een bordje

bijzetten, want de boeren zelf weten tegenwoordig kennelijk niet meer wat ze verbouwen.

Grappig idee: wat is dat voor vlees slager? Al sla je me dood!

Binnen in huis gaat de pestpleuriszooi gewoon lekker verder, stapels ongeopende post en

een keuken die al sinds de watersnoodramp van 1953 niet meer echt is schoongemaakt.

Gijsbert is het mooiste jongetje uit de klas. Hij ziet er gewoon goed uit. Maar gelukkig voor

de kijker met een hang naar de meer filosofisch getinte uitspraken, had onze vriend zijn

spreukenboekje vanavond ook weer teruggevonden in de kast. 

“De liefde is een avontuur, en ik ga het avontuur graag aan,” sprak onze wijsgeer met een

peinzende blik. Lees: hij vindt Femke het lekkerste wijf. Ach we nemen het hem niet kwalijk,

het is een eerlijke, goedaardige jongen en ik begrijp zijn keuze.

    

Dan Marcel. Praat als een zijige Limburgse pastoor. Is vermomd als heterofiele aardappelboer,

maar ik zie hem helemaal voor me als homofiele pastoor, die in een wijde pij naast het altaar

staat in een lege kerk, met onder zijn jurk een jongetje uit de leeftijdscategorie cito-toets.

Ik kan er niks aan doen.

Marcel kiest voor de Poolse Xenia, dat is al zes afleveringen lang duidelijk aan 5,3 miljoen

kijkers. Alleen de langharige, zelfgebreide tuthola die ook nog in het huis rondloopt, Marita

heet ze geloof ik, weet het nog niet. Begrijp me goed: die langharige is een hele lieve,

betrouwbare vrouw, dat weet ik zeker. Wel moet je van oeverloos discussiëren houden lijkt

me, als je voor haar kiest. Ik zie de avonden al voor me: met een goed glas wijn in de hand,

in een leunstoel praten over gevoelens, diepere lagen van het bewustzijn en het milieu in het

algemeen. Ongetwijfeld komt het uit een goed hart, maar ik zou er zo doodmoe van worden.

  

Xenia lijkt me niet te vertrouwen. In deze aflevering kwam Marcels moeder op bezoek, en de

Poolse schroomde geen moment om de goedgevulde mosselpan te presenteren als haar

keukenvruchten, maar veel had ze er niet aan gedaan. Marcel zat erbij te draaien in zijn

bureaustoel op wieltjes en keek ernaar. Is dat Limburgs, om in je bureaustoel te dineren?

  

En ach, die nieuwe vriend van Marcels moeder. De arme ouwe ziel was vermoedelijk wat

verward door alle camera’s want hij verklaarde doodleuk dat zijn vorige vrouw “in 1002

was overleden”. Als ik het goed uitreken, was hij dus op de kop af 1009 jaar vrijgezel.

Ja, dan zou ik ook wel weer zin hebben in wat vrouwelijke warmte.

  

Over dode partners gesproken: een paar afleveringen geleden verklaarde Marcel dat hij

“al had gehoopt dat er een vrouw bij zou zitten wiens man was overleden.” Er moeten toch

wel hele gekke dingen gezegd gaan worden in de resterende afleveringen lijkt mij, wil Marcels

uitspraak niet de boeken ingaan als merkwaardigste uit deze cyclus.

  

Als Marcel spreekt, houdt hij zijn hoofd altijd scheef, net als een poes. Laatste quote van

Marcel de Poes, in de vooruitblik, toen Yvon Jaspers vroeg wie er weg moest:

  

“Mag ik in plaats daarvan ook zeggen wie er mag blijven?”

  

Nee zeikstengel, dat mag je niet. Flikker alsjeblieft op met je gezeur en kom terzake!

Dat hoorde je Yvonne Jaspers bijna denken, maar ze slikte het nog net op tijd, heel

professioneel, in.

    

Frankie. Ach Frankie. Wat een sneu mannetje. Egocentrisch tot op het bot, en maar janken,

en zeuren over dat ie niet alleen wil zitten in de avond. Frankie heeft zijn vriendenkring

‘al gesetteld’. Want in die fase zit onze Frank. Kiezen kan hij niet. Dat komt omdat hij het

donkere meisje het leukst vindt, maar die moet nog vier jaar studeren. En daarom zal Frank

kiezen voor de blonde, rationeel als hij is. Mislukking gegarandeerd, de relatie duurt hooguit

een maand of twee. Daarna zit hij alsnog vier jaar alleen.

   

Annemarie dan. Soms zeggen ze weleens dat mannen niet romantisch zijn. Nou als er iemand

geen greintje romantiek heeft in deze Boer zoekt Vrouw cyclus, dan is het Annemarie.

Een boerentrien zoals je ze nog maar zelden tegenkomt. Begrijp me goed: Annemarie is een

leuke, spontane, hardwerkende vrouw. Eerlijk, betrouwbaar. Heerlijk lijkt ze me.

Als collega dan. Niet als vrouw. Ze zoekt ook geen man. Ze zoekt een hulp op het bedrijf.

    

“Ja maar wat vind je dan van mijn bedrijf?” vroeg ze op radeloze toon aan één van de jongens.

De vraag: “Vind je mij eigenlijk wel leuk en aantrekkelijk?” die vraag zou in geen honderd

jaar over haar lippen komen. Flirten staat niet in haar woordenboek, romantiek ook niet,

hard werken en boers praten wel. Annemarie maakt ongetwijfeld heerlijke kazen en als

je iets met haar afspreekt komt ze het zeker weten na. Heerlijk dat zulke mensen nog

bestaan. Maar ze is vrijgezel en moet dat ook nog lang blijven.

     

Tenslotte Richard. Ik vind hem nogal lijken op een slechte imitatie van Frankenstein,

maar er schijnt toch iets aan hem te zijn dat de vrouwen aantrekt. 

   

“Het belangrijkste vind ik dat ik erin zit!” riep hij toen hij het aantal brieven hoorde van

Yvon, in aflevering twee. Oh? Ik dacht dat het erom ging een vrouw te vinden? Het zegt genoeg.

    

“What you see is what you get,” sprak de Amerikaanse een paar afleveringen terug over

Richard. Sorry, maar dat had ze totaal verkeerd gezien.

What you see is TOTALLY NOT what you get, bij Richard.

  

Richard wist het zo te spelen dat binnen een paar dagen alle overgebleven vrouwen waren

weggehold, alsof zijn boerderij een enge, bloederige crimescene was. 

  

“Gossiemikkie,” zei Richard en stak een sigaret op. Als Richard aan het woord is, houdt

hij ook altijd één arm gebogen voor zijn buik, alsof hij elk moment van de dag bang is een

stomp in zijn maag te krijgen van degene waarmee hij converseert. Niet onterecht lijkt me.

Aanstaande zondag zit ik weer voor de buis. Heerlijk. Gossiemikkie!!   

  

Reageer!